Sinds de lente van 2009 wordt naast de luchthaven in Zaventem gebouwd aan een nieuw gesloten centrum. Een nieuwe gevangenis met individuele cellen waarin mensen zonder papieren die tegenwerken afgezonderd kunnen worden in afwachting van hun deportatie.
Dit nieuwe centrum kan ons wat schelen, niet omdat we vinden dat het asielbeleid er toch enigszinds anders zou moeten uitzien, omdat we het niet menselijk genoeg vinden of omdat de gedupeerden beter zouden moeten behandeld worden, maar omdat het ons veel vertelt over de wereld waarin we leven. Omdat het een van die dingen is dat duidelijkheid schept wanneer we nadenken over welke fundamenten de samenleving doen draaien en welke principes erachter schuilen. Waarom gevangenissen bestaan, wie er in opgesloten wordt en wie de sleutels in handen heeft. Waarom sommigen zich bovenaan de maatschappelijke ladder bevinden en niets tekort komen en anderen onderaan, en slechts kunnen overleven of creperen. Wie alles te verliezen heeft en wie alles te winnen heeft, wanneer de ladder middendoor gezaagd zou worden.
Het is een samenleving die gesloten centra nodig heeft die we totaal in vraag willen stellen. Het is elk principe dat indruist tegen de vrijheid van eenieder dat we willen aanvallen.
Het migratiebeleid dat op dit moment in België gevoerd wordt luistert vooral naar wat de economie te zeggen heeft. Er wordt gekeken naar het aantal mensen dat de economie kan gebruiken. De mensen die uiteindelijk papieren krijgen zijn diegenen die kunnen en zullen werken, en bereid zijn voorbeeldige burgers te worden. Diegenen die overblijven zijn de welvaart enkel tot last en moeten zo efficiënt mogelijk afgevoerd worden. Daar komen gesloten centra op het toneel, als een van de instrumenten in de deportatiemachine. De deportatiemachine is het geheel aan middelen dat gebruikt wordt om mensen zonder papieren te controleren, op te jagen, te vatten, op te sluiten en uit het land te zetten. Denk aan razzia's, identiteitscontrole's, open en gesloten centra, deportaties enz... Wat op het eerste zicht tegenstrijdig kan lijken wordt gewoonweg logisch. Aan de ene kant worden mensen gerugulariseerd, aan de andere kant worden mensen geterroriseerd, achterna gezeten en gevangen gezet.
We worden dus met onze neus gedrukt op het feit dat gesloten centra nodig zijn, in een wereld die het je onmogelijk probeert te maken te overleven zonder papieren. Het is dan ook begrijpelijk dat mensen papieren willen omdat dit hen kan helpen te overleven. Maar het is die wereld die ons dwars zit.
De mensen zonder papieren die uiteindelijk kunnen blijven worden, net zoals wij, uitgenodigd hun tijd en energie te storten in het spel van de concurrentie. In werk en integratie. Met de belofte dat als we uitmunten in onderdanigheid misschien hogerop de ladder kunnen komen, zelf chef kunnen worden. Voor diegenen die de uitnodiging niet aanvaarden is er de gevangenis en vooral de angst voor de gevangenis die ervoor moet zorgen dat het boeltje gesmeerd blijft lopen. De idee dat je ingeboezemd wordt dat als je de gevangenschap buiten niet aanvaardt, je er uiteindelijk een andere te wachten staat die er niet om liegt. Of je nu papieren hebt of niet, de chantage is er voor ons allemaal.
De wereld die van ons eist dat we papieren kunnen tonen is dezelfde wereld die van ons eist dat we werken, dat we gehoorzamen aan een baas of een flik, dat we plooien voor de gang van zaken waarvoor we zelf niet gekozen hebben. Maar wat kunnen we dan doen? Uiteindelijk rest er ons nog één keuze. Een leven leiden alsof we al dood zouden zijn of ... leven. En leven betekent vechten voor iets totaal anders. Want met deze wereld zullen we nooit vrede kunnen nemen.
We willen praten over dit nieuwe gesloten centrum omdat we eindelijk willen kunnen praten over alles dat ons gevangen houdt, alles dat ons chanteert en ons uiteindelijk dood kan maken vanbinnen.
We willen vechten tegen dit nieuwe gesloten centrum omdat we willen vechten tegen alles dat ons gevangen houdt, alles dat ons chanteert...
Zodat het ons niet dood kan maken vanbinnen.