Er werd groot alarm geslagen. De waterzuiveringsinstallaties van Brussel deden het al een tijdje niet meer waardoor het afvalwater onbehandeld terecht kwam in de rivieren. En terwijl de politiekers en Aquiris, het bedrijf dat instaat voor het waterbeheer, de verantwoordelijkheden van zich afschoven en naar anderen duwden, mochten de andere, de meerderheid, zich weer koesteren in de rol van passieve toeschouwers.
De economische vooruitgang, met haar fabrieken, kerncentrales, chemische procédés en technologische ontwikkelingen, heeft de planeet intussen verziekt tot op een punt dat het bijna belachelijk wordt om nog op te springen van afvalwater dat ‘ongezuiverd’ terechtkomt in de rivieren. Ze schotelen ons zulke ‘rampscenario’s’ voor opdat we ons wederom klein en onmachtig zouden voelen, overgeleverd aan de technische kennis van de specialisten ter zake. En vooral om de permanente vervuiling, de permanente vergiftiging van onze leefomgeving en onze lichamen, naar de achtergrond te kunnen schuiven.
Op honderden, zoniet duizenden appartementsgebouwen, overheidsgebouwen, scholen en instellingen hebben ze doorheen de jaren GSM-masten geplaatst waarvan de stralingsgolven zonder enige twijfel kankerverwekkend zijn. Er hoeven geen wetenschappers aan te pas te komen om ons de waarheid of het tegendeel daarvan te bevestigen: iedereen weet dat je je hoofd beter niet in een microgolfoven steekt. Dagelijkse braken tientallen verbrandingsovens giftige rook uit die in de atmosfeer verdwijnt... om daarna zich in onze longen te nestelen.
En alsof het nog niet voldoende is om een politiek spektakel boven onze hoofden ten berde te brengen, rammen ze langs alle kanten in onze strot dat wijzelf eigenlijk het probleem zijn. Nee, niet hun verbrandingsovens zijn het probleem, maar de vele mensen die tabak blijven roken. Nee, niet de oneindige productie van nutteloze en schadelijke producten met als enige doel meer geld in de zakken van een klein aantal mensen te doen belanden is het probleem, maar wel het feit dat wij te veel afval produceren en niet genoeg recycleren. Nee, niet de onstilbare wraatzucht van de economie is het probleem, maar wel wij die té veel willen. Ze hebben de planeet onleefbaar gemaakt en nu proberen ze er ons de schuld van te geven.
Achter het rampenspektakel dat ze om de zoveel tijd opvoeren, is het mogelijk om de echte verantwoordelijken voor de vergiftiging te achterhalen. En dat zijn niet alleen een handvol bedrijfsleiders die hoog in hun kantoortorens geld zitten verdienen of de politiekers die vanuit het parlement dicteren hoe we moeten leven... nee, het zijn ook al die ‘kleine’ structuren die vlakbij onze woonst staan. De GSM-antenne die ze zijn komen plaatsen en die we (nog) niet hebben durven kapotslaan; de electriciteitskabels die langs onze huizen lopen en hun vervuilende bedrijven voeden; de bouwfirma’s die elk stukje omgeving herschapen in functie van de economie en de controle; de ‘wetenschappelijke’ tovenaarsleerlingen die elke morgen naar hun werk vertrekken om een nieuw stukje te leggen aan de dodelijke puzzel van de technologie.
En eens je zo naar de dingen begint te kijken, dan is er iets dat grijpt naar je keel en je nooit meer zal loslaten: het probleem zit niet alleen in het feit dat er politiekers, bedrijfsleiders en rijken bestaan, maar – en misschien wel vooral – in het feit dat de meerderheid er zich bij neerlegt en niet durft handelen. Maar het is nooi te laat om een andere richting op te gaan...