donderdag 8 april 2010

Voor het leven

Een handvol vrome studenten roepen op om zondag 28 maart een mars doorheen enkele Brusselse straten te houden. Het ordewoord luidt: in stilte bidden tegen abortus. Wie ligt daar van wakker zou je kunnen denken. Het beeld van een paar zielige godsvruchten lijkt vooral van een ander tijdperk; de ideeën die schuilgaan achter de initiatieven van studentensnulletjes, kaalkoppen of trotse huismoeders zijn dat net iets minder. De mars wordt onderschreven door een aantal universiteitsprofessoren, de weinigbeduidende partij Christen Democraten Federaal, een imam en een groot deel van de bisschoppen – waar zeker de aartsbisschop Léonard, uitmuntend in zijn homofobe en seksistische uitspraken, niet mocht ontbreken. Ook een aantal organisaties roepen op voor de stille mars; 'de weg van het leven', 'levensadem', 'schreeuw om leven', allen pretenderen ze bijzonder gesteld te zijn op het leven. Leven. Zoals in, kriebels in je buik zonder te denken aan trouwen? Nee. Kriebels voor iemand die evenveel borsten of piemels heeft dan jij? Nee, dat ook niet. Seks die je tot in je tippen en toppen doet genieten, zonder kinderen te willen? Nee, dat zeker niet. Voor jezelf zorgen, en jezelf de mogelijkheden daartoe te geven, keuzes maken ? Nee, dat mag niet. En daar draait het om.

Leven, voor hen, is zichzelf kleinhouden, andere kleinhouden. Elke uitdrukking van een wil tot leven tenietdoen, versmachten onder het mom van boetedoening voor de aartszonden. Wachtend, eeuwig wachtend op één of ander paradijs, ver weg van hier en nu. Een paradijs dat ze denken te zullen vinden wanneer ze onder de grond zullen liggen.

Omdat vrouwen in de jaren 70 gevochten hebben, op verschillende manieren, rond verschillende fronten, om zich los te maken van de greep van paternalisten, patriarchen en dokters op hun leven, hebben wij hier vandaag de mogelijkheid om een ongewenste zwangerschap stop te zetten. Wel alleen binnen legaal vastgelegde termijnen die arbitrair verschillen van land tot land. In België is dat 14  weken.  En enkel in bepaalde steden, waar je gemakkelijker dokters vindt die je niet overladen met morele preken en je kost wat kost proberen te ontmoedigen. We hebben meer mogelijkheden vandaag, dat is juist. Maar voor de droom, die het gevecht voedde van zoveel vrouwen toen en nu nog steeds, moeten we blijven vechten. Om je leven in eigen handen te kunnen nemen. Zelf te kunnen beslissen over met wie, wanneer en hoe je vrijt. De kennis en het vat op je eigen lichaam te veroveren. We willen abortus niet loskoppelen van een bredere seksuele emancipatie. Veel meisjes ondergaan abortussen omdat de religieuze of paternalistische greep op hun leven hen verbiedt om vrijuit over seks te praten, of zich te informeren over contraceptie en die middelen te gebruiken, om te experimenteren. Daar begint de onderdrukking. Tegen de macht van de prieters, de dokters, de psychiaters, in verschillende jasjes en van verschillende overtuigingen, daartegen vechten we.


In Brussel kan je aborteren in een 20-tal centra van Planning Familial. Hoewel ze vorm kregen in het strijdelan van de jaren 70, blijft daar in de huidige instituties weinig van over. Hier en daar vindt je nog een feministisch fossiel. Voor diegenen met papieren is het er wel goedkoop (3 euro mits terugbetaling van de mutualiteit) en kan je er zowel terecht voor een gynaecoloog, een dokter, een juridisch en sociaal assistent. Net zoals in Frankrijk is ook hier de tendens om deze centra op termijn te sluiten en te vervangen door abortuscentra. In Vlaanderen vindt je nu al slechts enkele ziekenhuizen of geïnstitutionaliseerde abortuscentra, steriel en “efficiënt”, je bent er voor één ding en je wil er zo snel mogelijk weg.