Om de laatste weken de Westerse media te kunnen volgen, is een neiging tot schizofrenie wel handig. De rest van de bevolking zal regelmatig verward zijn geweest. Wat eerst nog broodrellen heten en niet bijster interessant lijken voor de media, worden opeens demonstraties voor democratie (liefst vreedzaam) en vullen hele kranten. Waar eerst enkel een woedende massa rel schopt, blijkt even later opeens een nieuwe generatie die democratische waarden aanhangt op te staan. Wanneer Ben Ali opstapt in Tunesië, zijn de mensen die nog altijd op straat blijven komen provocateurs en betaalde criminelen. Tot enkele dagen later de media hebben beslist dat niet enkel Ben Ali maar ook andere figuren van het oude regime moeten vertrekken. Opeens zijn de protestacties weer pro-democratisch. De media begrijpen duidelijk niets van opstandige verlangens (verrassing). Dat blijkt ook uit het constant citeren van Facebook en Twitter om de snelle weerklank van de opstanden te verklaren. Terwijl opstanden en revoluties zich ook in pre-internet tijdperken als lopende vuurtjes verspreidden en de gedachten van vele mensen ver of dichtbij besmetten.
De Westerse media houden daarentegen wel van vreedzame betogingen voor democratie en spelen constant met benamingen om een onderscheid te maken tussen wat in dat kraam past en wat niet (en dus ondemocratisch en proregime is). Toegegeven, in Caïro op het centrale Tahrirplein lopen wel wat mensen met democratische aspiraties rond. Slogans worden opeens in het Engels geroepen als een camera in de buurt is, voor de lenzen van fotografen wordt het plein schoongeveegd (is dat de behoefte van een opstand of is het een nieuw regime dat zich aankondigt?) en het internet wordt volgeschreven door mensen met smartphones en twitter-accounts. Maar een land dat 10 dagen stil ligt en een “oud” regime dat in alle hevigheid terugslaat, en de betere middenklasse (zij die vooral “democratische hervormingen” willen) keert terug naar huis. Voor hen geldt dat het regime van Moebarak toch niet zo slecht was dat ze daarvoor hun centen of leven moeten riskeren. Ondertussen worden op andere plaatsen die heel wat minder media-aandacht krijgen zowel partijkantoren als overheidsgebouwen, zowel politiecommissariaten als supermarkten geplunderd en/of in brand gestoken. De opstand lijkt dan eerder bevrijdend in plaats van democratisch.
De Westerse leiders bleken ook al even gemakkelijk hun kar te keren. Buiten enkele uitzonderingen die misschien dachten dat consequent handelen een politieke deugd is. Frans minister Michèle Alliot-Marie die Ben Ali nog snel repressieve bijstand aanbiedt of Italiaans premier Berlusconi die Moebarak een wijze man noemt. Andere democratische leiders schatten de zaak anders in. Bevriende presidenten worden opeens dictators en samen op de foto lachen is niet meer aan de orde. Enkele landen zijn begonnen met het blokkeren van de rekeningen van Ben Ali. Niets beter dan over de brug te kunnen komen met centen om de nieuwe Tunesische staat te paaien. Nu de dictatoriale regimes aan het wankelen zijn gebracht, lijkt de democratische optie de minst slechte. De snaren worden gelijk gestemd en de lofzang op de democratie kan beginnen. De Macht heeft altijd de eigenschap gehad dat ze zich snel terug kan hergroepen en de enkele verliezers zijn collateral damage (Ben Ali en Moebarak mogen spijtig genoeg niet meer op de koffie). En of het regime zich nu democratisch of autoritair noemt is van minder belang, als het maar stabiel is (lees: de bevolking kalm houdt). Enkel Israël twijfelt nog. De “enige democratie in de regio” voelt zich toch beter op zijn gemak met dictators aan haar grenzen.
Het zijn niet enkel de democratische krachten die de opstanden in hun richting proberen te duwen (met bijvoorbeeld ook ElBaradei, lieveling van het Westen). In Egypte zitten ook de Moslimsbroeders te azen op (een deel van) de toekomstige orde. Aan het begin van de protesten reageerden de Moslimbroeders nogal flauw en eerder afwijzend. Toen éénmaal de politie op de vlucht was geslagen, vonden ze die opstand opeens wel een goed idee. En nu lijken ze de protesten rond het Tahrirplein mee te coördineren. Voorlopig lijken ze zich op de achtergrond te houden, misschien omdat de straten niet gevuld zijn met hun aanhangers en misschien om de steun van de Westerse democratieën niet te verliezen. Maar dat kan veranderen wanneer de opstand aan kracht verliest en de machtsgreep binnen handbereik ligt (waarschijnlijk dankzij verkiezingen)...
De opstand heeft nood aan meer zuurstof opdat het vuur zich snel en ver verspreidt. Want nieuwe machthebbers liggen op de loer.