De trieste reeks gaat door. Eind januari schoot de politie in Anderlues (regio van Charleroi) een man dood. Hij probeerde te ontkomen aan een politiepatrouille toen die opmerkten dat hij in een wagen reed waarvan de nummerplaten vooraan en achteraan niet overeenkwamen. De patrouille riep hun collega’s van de regio op om wegversperringen op te richten om de voortvluchtige te grazen te nemen. Wanneer de man op één van die versperringen stoot, opent de politie onmiddellijk het vuur. Dertig kogelinslagen op de wagen, de man zelf wordt dodelijk getroffen door twee kogels in de hals.
De trieste reeks gaat dus door. In december was het Flavien die gedood werd door een juwelier in Tubize tijdens een poging tot overval; in januari was het een inbreker die door de politie van Vorst in Brussel tientallen keren beschoten wordt (hij heeft het wonderbaarlijk overleefd) en nu is het dus Moustapha van 47 jaar die door de politie dood achtergelaten wordt.
We gaan nu niet beginnen schreeuwen over excessen van de politie, noch jammeren over hun moordenaarsbedoelingen. We gaan niet schandaal schreeuwen omdat handelaarsverenigingen zoals Unizo in Vlaanderen of UCM in Brussel en Wallonië het recht om te doden en zware gevangenisstraffen voor alle dieven eisen; omdat de vakbonden van bewakingsagenten, politie en cipiers carte blanche eisen om hun vijanden te bestrijden.
We willen er gewoon aan herinneren dat ze niet moeten doen alsof ze uit de lucht komen vallen wanneer overvallers het vuur openen, wanneer betogers met stenen smijten, wanneer wrekers hun kantoren in de fik steken. In de sociale oorlog tussen de macht en degenen die vrij willen zijn, heeft ieder zijn eigen wapens. Zij hebben de legaliteit, zoveel blaffers als ze willen, controle, gevangenis en het ‘recht op zelfverdediging’; wij hebben de creativiteit, de onvoorspelbaarheid en de vastberadenheid om ons niet te laten doen. Nooit zal er wapenstilstand zijn zolang wij het niet moe zijn te verlangen naar de vrijheid en het einde van alle autoriteit.