zondag 1 mei 2011

Een ander conflict is mogelijk

Gegrom en gestaak tegen het nieuwe interprofessionele akkoord

Aan sommigen is het misschien volledig voorbijgegaan, anderen werden met hun neus op de feiten gedrukt. Hoe het ook zij, de vierde maart was met veel tromgeroffel aangekondigd. Een nationale actiedag tegen het nieuwe interprofessionele akkoord. Op voorhand was er al heel wat protest te horen langs de kant van de organisaties van bazen en werkgevers terwijl de regering van lopende zaken duidelijk maakte dat ze het been hoe dan ook stijf zou houden.

In sommige delen van het land was het een bezige dag. Op tientallen plaatsen blokkeerden stakingspiketten de ingangen van industriezone’s, hoofdzetels van banken en opritten van autosnelwegen; arbeiders en werknemers van heel wat bedrijven en winkelketens stuurden hun kat; verschillende ‘sleutelsectoren’ zoals de metaalsector lagen volledig plat. Er waren ook nog wat klevere koppen die, om werven en werken lam te leggen, erop uittrokken om bijvoorbeeld de betoncentrales te blokkeren. Ondertussen liepen in Luik de spanningen wat hoger op en sloopten een hoop gemaskerde stakers het interieur van het hoofdkantoor van de Forem (Waalse VDAB) en de kantoren in de Financiëntoren.

En waarom? Terwijl overal in Europa en ook in België de besparingsmaatregelen elkaar opvolgen, de werkomstandigheden zwaarder worden, de flexibilisering alsmaar verder doorgedreven wordt, riepen de socialistische en liberale vakbonden hier op om in actie te komen tegen het nieuwe interprofessioneel akkoord. Zulk akkoord over lonen, werkloosheidsuitkeringen en sociale voordelen wordt om de twee jaar onder toeziend oog van de Staat afgesloten tussen bazen en bonden. Het voornaamste doel ervan is om op voorhand eventuele conflicten op de werkvloer strikt te omkaderen. Door het akkoord te ondertekenen, engageren de vakbonden zich om de bepalingen ervan te respecteren en hun eventuele eisen te beperken tot de termen afgesproken in het akkoord.


Aan zij die er bij waren
Laten we eerlijk zijn: er is niets fundamenteels belangrijk aan dat nieuwe IPA. Misschien hebben de bonden daar een uitlaatklep gevonden om de groeiende ontevredenheid aan de basis eens naar buiten te laten komen, voor anderen is dit conflict rond het IPA misschien gewoon een gelegenheid, een kapstok om wat stoom af te laten.
Ons interesseert dit nieuwe akkoord geen moer, en we willen er ook geen ‘bijgeschaafde’ versie van. Niet omdat we niet geven om de verslechtering van arbeidsomstandigheden, over werkdruk, over de groeiende kloof tussen armen en rijken, maar omdat we al die zaken beschouwen als gevolgen van een fundamenteel probleem: de kapitalistische economie.
Wij willen op geen enkele manier bijdragen opdat die economie vlotter zou draaien, integendeel. De machinerie van de economie vreet ons op, maakt onze levens arm en kapot, en meer moeite steken in de machine, daar worden alleen degenen die vanboven staan beter van.
We zijn er zeker van dat er onder degenen die erbij waren de 4de maart, ook mensen zijn die niet blindelings de syndicale hiërarchieën willen volgen. Die geen kudde willen zijn, die niet willen dansen naar de pijpen van herders van de ‘werknemersorganisaties’ die er slechts op uit zijn om akkoorden te sluiten met de bazen en nooit het economische systeem en de sociale verhoudingen werkelijk in vraag zullen stellen.
Degenen die willen vechten tegen het kapitalisme, niet om het een beetje bij te schaven maar om het te vernietigen, moeten hoognodig afstand nemen van de vakbonden. Niet van hun strijdmakkers, maar van de instelling die de vakbond is, van de kuddementaliteit die ze bevordert, van de beperkingen die ze oplegt aan het handelen en aan de actie.
Want vechten tegen het kapitalisme heeft niet alleen nood aan stakingen en blokkades. De economie moet lamgelegd worden, met geweld. Ze moet beschadigd worden met sabotage van haar infrastructuren, van haar fabrieken, van haar elektriciteitsnetwerken, van haar bureaus. Alleen zo kunnen kunnen we de ruimte veroveren om over een werkelijk andere wereld na te denken, een wereld waar het niet al geld is wat de klok slaat. De arbeidslegers die nu gehoorzamen en bukken op bevel van de bazen, moeten terug leren ongehoorzaam te zijn en dienst te weigeren in het leger van de economie.

Aan zij die er niet bij waren
Sommige rebelse harten zullen zich misschien afgevraagd hebben of er voor hen wel iets te zoeken viel bij al die rode vuilniszakken; of ze tout court wel in gang zouden schieten wanneer een vakbond aan de oorsprong ligt van een actie-oproep (en juist omdat het gevecht tegen de uitbuiting dagelijks is en moet zijn!). Nochtans is het nodig om bruggen te bouwen tussen de verschillende conflicten die de statelijke nachtmerrie van een sociale vrede tussen rijken en armen, tussen regeerders en geregeerden verstoren; om deze conflicten met elkaar verbinden in een elan van revolte. Van rellen in de wijken tot opstanden in gevangenissen en gesloten centra, van wilde stakingen in de fabrieken tot zelfgeorganiseerde en autonome blokkades en sabotages van de economische machinerie en de koopwarenwereld.
Het is juist om achter geen enkele vlag aan te hollen, om met geen enkele kudde mee te blaten, om ons door geen enkele instantie te laten dicteren, ook al beweert die zoals de vakbond voor “onze” belangen op te komen. Maar daarmee gaat dan ook de uitdaging gepaard om zelf vorm te geven aan de strijd, om banden te smeden tussen degenen die niet langer willen creperen aan werk, vergiftigd worden door de kankereconomie, uitgezogen worden door de bazen.