De Britse steden staan op hun kop
Net zoals tijdens de rellen van 2005 in Parijs of andere straatconflicten (te) dicht bij huis, staan de (deze keer Britse) journalisten, specialisten, politiekers, would-be politiekers, politiewoordvoerders enzovoort klaar om deze gebeurtenissen als “puur vandalisme” of “georganiseerde criminaliteit” te bestempelen. Laten we het vooral niet hebben over een politieke daad. Een politieke verklaring van de kant van de relschoppers was er inderdaad niet te horen. In de krantenkolommen, tijdens de nieuwsuitzendingen op de radio of in de debatten op de televisie zien we enkel dezelfde professionele praatjesmakers terugkomen. En in de straten wanneer de journalist van dienst niet weggejaagd wordt, vallen er enkel snelle oneliners te rapen; “Gewoon terugnemen wat de belastingen me hebben afgenomen”, “Ik blijf dit doen tot ze me pakken”, “Het is gewoon leuk” ... Sommige zaken lijken voor de hand te liggen, maar schieten te kort om 'de oorzaken' te zijn. De reacties kunnen verschillen, de problemen blijven dezelfde; de politie, de huurprijzen, een ellendige job of geen geld. De economische crisis heeft ook niet geholpen, terwijl de banken miljardenleningen krijgen wordt er elders bespaard. Geen toegang tot onderwijs meer om een mooie toekomst voor te spiegelen. Geen sociale assistenten meer om de jongeren bezig te houden. Geen toekomst in deze maatschappij. En dan wordt iemand doodgeschoten door hardwerkende flikken en komt het besef dat het de volgende keer jij kan zijn. En dan staat de stad in brand.
Dit zijn momenten waar al die koopwaar die mensen nooit van hun leven zouden kunnen betalen, voor het grijpen liggen. Dit zijn momenten in een land met meer bewakingscamera's dan inwoners waar opeens de flikken elke controle verliezen en moeten terugtrekken. Dit zijn momenten waar mensen kunnen vernielen wat hen tot vreemdelingen maakt in hun stad.
Dus worden de flikken aangevallen, koopwaren gestolen of vernield, en staan de goede burgers met hun mond vol tanden. Er zijn geen verklaringen, geen vertegenwoordigers. Er is geen poging tot overleg, tot compromis. Er is geen politiek. Er is een explosie van woede. “We moeten in opstand komen. De belastingen zijn te hoog, we hebben geen werk en er zijn te veel besparingen geweest. Voor de overheid zijn de jongeren eerst en vooral een probleem. Ze moeten niet verbaasd zijn dat het terug in hun gezicht komt.” Tijdens zo'n explosie gebeuren er misschien een aantal dingen die wij niet aanvaarden. Al hoeven we niet mee te stappen in de hysterie en veroordelingen van de media. Zij hebben er hun werk van gemaakt om feiten te verdraaien, sommige dingen te verzwijgen en andere juist uit te vergroten. Dit zijn momenten waarop de machtsbalans verstoord wordt en er veel mogelijk wordt. Het resultaat is niet altijd even mooi, maar dat hangt ook deels van onszelf af. Dit zijn momenten waaraan iedereen met een vernietigingsdrang voor deze Maatschappij zijn/haar eigen bijdrage kan doen. Het is in de interactie van deze daden dat het interessant wordt, los van morele veroordelingen, politieke analyses of sociologische verklaringen.
Londen brandt
Londen brandt. Donderdagnacht wordt een man, Mark Duggan, doodgeschoten door de politie. Zaterdagavond tijdens een protest in de populaire wijk Tottenham, breken er rellen uit. Enkele politiewagens worden aangevallen en in brand gestoken. De politieversterkingen krijgen de situatie niet onder controle en winkels worden geplunderd en platgebrand. Barricades blokkeren het verkeer en de politie. Een supermarkt van Aldi en een tapijtenwinkel (en de appartementen erboven, er vallen geen gewonden) veroorzaken een hevige vlammenzee. Molotovcocktails en stenen worden naar de politie gegooid. Een wagen van de BBC wordt vernield. De volgende nacht verspreiden de rellen zich naar andere wijken in het noorden, oosten, en zuiden van Londen. Terwijl de politie zich concentreert op Tottenham, wordt er geplunderd en brandgesticht in het iets rijkere Enfield, en de achtergestelde buurten van Walthamstow, Waltham Forest, Ponders End, Croydon, Brixton, en Oxford Circus (touristisch centrum). In Hackney worden de flikken aangevallen met stenen. Terwijl de eerste nacht de plunderingen meer willekeurig en chaotisch leken, worden vanaf de tweede nacht vooral duurdere kledingswinkels, elektronicawinkels en supermarkten geviseerd.
De eerste minister Cameron moet zijn vakantie in Toscane (Italiƫ) onderbreken en terugkeren naar Groot-Britanniƫ. Ook alle politieagenten worden uit vakantie teruggeroepen en gepensioneerde agenten worden terug aan het werk gezet. Op een gegeven moment dreigt de premier met het leger. Zo'n 16.000 flikken moeten de rellen in Londen onder controle krijgen. Maar vanaf maandag wordt er ook in de steden Manchester, Birmingham, Bristol, Nottingham, Wolverhampton, West Bromwich en Liverpool gereld. In Manchester roept de politie de bevolking op om weg te blijven uit het stadscentrum. In Birmingham brandt een politiecommissariaat. Terwijl in Londen de confrontaties doorgaan en zich verspreiden naar de wijken Peckham, Lewisham, Camden, Clapham, Woolwich, en het rijkere Ealing. Twee wagens van de BBC en SkyNews worden aangevallen en vernield in Croydon. In Tottenham wordt een wagen van ITN aangevallen en het materiaal van een cameraman vernield. BBC en SkyNews zouden nu veiligheidsagenten inhuren om hun cameramensen te begeleiden. Dezelfde dag wordt er in de Londense wijk Croydon een man neergeschoten, hij overlijdt in het ziekenhuis (in de eerste berichten spreekt men van een politiemoord, daarna wordt het verhaal vager). In Ealing loopt een man verwondingen op tijdens het blussen van een afvalcontainer. Hij zou aangevallen zijn. De man had in het verleden regelmatig conflicten met jongeren uit de buurt, hij sterft enkele dagen later in het ziekenhuis.
Ondertussen leggen politiekers, politiecommissarissen en winkeliers (die zich voorstellen als de vertegenwoordigers van “de buurtbewoners”) de gewoonlijke verklaringen af en publiceren de media foto's van de rellen met de vraag om personen die herkend worden te verklikken.
Dinsdagnacht is de eerste nacht dat het relatief rustig blijft in Londen. In andere steden gaan de rellen nog door. In Manchester en Liverpool worden winkelcentra geplunderd (ondertussen “aggressive shopping” genoemd) en auto's in brand gestoken. In Nottingham worden twee politiekantoren in brand gestoken met molotovs en drie andere worden aangevallen met stenen. In Salford zijn er vooral confrontaties met de flikken en worden een BBC-wagen en de auto van een journalist in brand gestoken. Ook in Wolverhampton, Leicester, Reading, Oxford, West Bromwich, Gloucester en Milton Keynes zijn er straatconflicten. In Birmingham worden drie burgerwachten die hun bedrijven willen beschermen, doodgereden.
In totaal worden meer dan 2.000 mensen opgepakt. De gevangenissen in Londen zitten overvol en andere gevangenen worden overgeplaatst. De rechtbanken werken permanent, dag en nacht. De politieke leiders kondigen zware straffen aan. De politie en private organisaties maken gebruik van de 'sociale netwerken' op internet en beelden van de media en bewakingscamera's (en ook van gsm's) om mensen te identificeren.
Pas een week later geeft de politie toe dat er met het wapen van Mark Duggan niet geschoten was. En dat de kogel die een politievoertuig geraakt had tijdens de arrestatie eigenlijk uit het pistool van een politieagent kwam.