zaterdag 7 januari 2012

Congo is om de hoek


Het gevecht om macht en geld verspilt levens, overal

Rel. Brandstichting. Gebroken ruiten. Barricades van afvalcontainers. Molotovs tegen politievoertuigen. Blokkades van de kleine ring. Een politiewoordvoerder, een vervangend burgemeester, enkele journalisten krijgen klappen of worden weggejaagd. Enkele weken zit het er bijna elke dag bovenop in Matonge, Brussel. De wijk krijgt haar dosis repressie; relflikken die de wijk omsingelen, waterkanon, traangas, helikopter, matrak, natrappen op arrestanten die op de grond liggen. Honderden arrestaties, drie weken samenscholingsverbod.

Aanleiding voor de spontane betogingen zijn de verkiezingen in Congo. Dat oneindig uitgestrekte land in het hart van Afrika waar het al decennia ellende troef is. Westerse bedrijven die azen op de grondstoffen in Oost-Congo (zonder zouden al die kostbare mobieltjes gewoon plastiek speelgoed zijn). Buurlanden, warlords/'rebellenleiders', de lokale en nationale politieke elite die de stank van geld heeft geroken. Die soldaten rekruteren om te moorden, te verkrachten. Een business van hulporganisaties die maandelijks de rekeningen van een handvol professionele weldoeners aandikken. Een kluwen van machtsstrijd waar de media liever hun handen niet aan vuil maken. Het laatste grote conflict in de regio heeft president Kabila junior sluw opgelost door zowat iedereen een deel van de macht te geven. Rebellenleiders zijn nu generaals. Natuurlijk is niet elke leider even tevreden, maar de machtsstrijd bevindt zich niet meer op het niveau van een regelrechte oorlog. Al lijkt het alledaagse leven nog verdacht veel op een oorlogssituatie. Steden als Goma zijn dankzij hun status als uitvalsbasis van VN-blauwhelmen, toevluchtsoorden geworden waar overleven een dagelijkse opgave is. Daarbuiten uitgestrekte vluchtelingenkampen en afgelegen dorpen waar gewapende mannen een constante bedreiging zijn. Sommige gebieden gelden als rustig, daar hebben mensen nu het recht om zich te laten uitbuiten in de mijnen van de politieke elite. Met gevaar voor eigen leven en de vervuiling van hele gebieden (metalen in rivieren, nucleaire straling waar er uranium wordt bovengehaald), voor een schamel loon.

Een deel van de bevolking had zijn hoop gezet op de democratische verkiezingen om Kabila weg te krijgen en verandering te brengen in een miserabele situatie. Met de propagandamachine en de greep op de overheidsinstellingen van Kabila is het al verbazend dat de kandidaat van de oppositie, Thsisekedi, een reĆ«le kans maakt op de overwinning (ook zonder fraude haalt Kabila nog altijd veel stemmen, maar ook genoeg?). Een oppositie die tijdens de machtsgreep van Kabila senior gewoon aan de kant werd geschoven, daarna lang krachteloos leek en waarvan velen ondertussen ingedommeld zijn in hun parlementszitje in Kinshasa. Wie tegen Kabila is, lijkt tegenwoordig voor Thsisekedi te zijn. Maar macht corrumpeert en in Congo nog sneller dan elders. Het politieke overleven in Kinshasa hangt in grote mate af van de controle over een leger dat een samenraapsel is van verschillende leiders (die allemaal hun deel van de koek willen), van de relaties met de Westerse bedrijven (die liever geen stabiele staat hebben die regels en belastingen kan opleggen), van een subtiel machtsevenwicht dat de buurlanden moet verhinderen om een nieuwe oorlog te starten. Hoe zou Thsisekedi daar verandering in brengen? En hoe kunnen we onze hoop stellen in een “werkende” democratie en nieuwe politieke leiders in Congo, terwijl de leiders van de Belgische democratie (het “goede voorbeeld”) al decennialang enkel hun belangen verdedigen in Congo en zo bijgedragen hebben aan de ellendige situatie vandaag.

De reactie van kersvers minister van buitenlandse zaken Reynders sprak boekdelen. Wie problemen heeft met Kabila, kan zich richten tot het Congolese Hooggerechtshof dat in dienst staat van Kabila. Voor de Westerse politieke leiders is het al lang goed als de regels van de democratie (min of meer) gevolgd worden. De franstalige politici in dit landje hebben te veel connecties en economische belangen in Congo om zich verder veel aan te trekken van de ellendige situatie. De MR en PS schoppen Kabila liefst niet te veel tegen de schenen, dat is slecht voor de zaken. Daarom richten sommige betogers in Brussel zich tot de vlaamse partijen. Misschien hebben zij minder economische belangen in Congo en durven ze al eens hoog van de toren blazen. Maar voorbij de politiek correcte verklaringen van enkele moraalridders, overheerst de desinteresse. Verwachten we echt dat de politici zich ons lot gaan aantrekken?

Wie is er niet woedend? Maar is er verandering mogelijk zolang het kapitalisme nood heeft aan zeldzame grondstoffen uit Congo voor haar hoogtechnologische snufjes? Zolang het trauma van ontvoering, verkrachting, moord voortduurt? Zolang mannen zich laten inlijven om de belangen van hun leider te dienen? Zolang we onze hoop blijven stellen op politieke leiders die enkel kunnen teleurstellen?