maandag 26 maart 2012

Tegen de hogesnelheidstrein

Van strijd in Italië naar Brussel-Zuid

Het Noorden van Italië, de gebergde grensstreek met Frankrijk, is al meer dan 20 jaar lang het strijdtoneel van een gevecht tegen een nieuwe lijn voor de hogesnelheidstrein. Een traject dat een trein doorheen de bergen moet doen vliegen, een traject dat Italië op een zoef verbindt met centraal Europa en op haar weg enkel verwoesting achterlaat; van een zoveelste brute verminking van de natuur, tot grondverzakkingen in de stad die zorgen voor de vernieling van talrijke woningen. Elke keer wanneer dit pijlsnelle tuig ergens passeert, en we onze oren vlug dichtduwen en onze ogen afwenden, worden we onafwendbaar herinnert aan de mateloze agressie waarmee het kapitaal onze tijd, onze ruimte, onze gedachten en ons gevoel aan flarden scheurt.

Misschien stop je hier al weer met lezen, omdat je denkt: wat hebben wij met Italië te maken, wat kan ons de natuur schelen of de schoonheid en rust van de bergen terwijl wij leven in de metropool, gekneld tussen autostrade, industrie en een verbrandingsoven? Wat kan ons het geweld van een trein die door de bergen raast raken, wanneer we elke dag omringt worden door geweld in duizend vormen, zo veel geweld dat we er ongevoelig voor geworden zijn? Wie geeft er iets om dat er ergens mensen vechten tegen snelheid, terwijl we hier niets liever zouden willen dan dat de tijd wat sneller gaat?

Soms komt het er niet zozeer op aan om de dingen met elkaar in oppositie te zetten, maar eerder om ze te verbinden. Om te kijken waar de hogesnelheidstrein ook ons leven raakt bijvoorbeeld. Laten we een poging ondernemen. Voor ons hebben we de plattegrond van Brussel liggen, en we zoemen in op Brussel-Zuid, internationaal treinstation. Hier lopen de rails naartoe waarop maar liefst vier verschillende hogesnelheidsfirma's hun alles verwoestend tuig laten sporen: de Thalys uit Duitsland naar Frankrijk, de ICE die Brussel met verschillende Duitse steden verbindt, de TGV naar het zuiden van Frankrijk en de Eurostar, van Brussel naar Londen. Binnenkort een vijfde: FYRA, van Brussel naar Amsterdam. En ook ICE is bezig met het uitbreiden van hun aanbod: van Duitsland over Brussel naar Engeland. 48 keer per dag komt de hoge snelheidstrein ons leven hier in Brussel binnengereden. Tegen welke prijs?

De lens richt zich op Sint-Gillis, en bas. Het arme deel van de gemeente. Zoals in zovele Brusselse gemeentes, leeft arm hier niet zover naast rijk, en is men druk aan het werk om arm wat weg te duwen om er meer rijk voor in de plaats te installeren. Sint-Gillis en bas, vlak naast het Zuidstation. Naast dit station, deze plek waar het leven getransformeerd wordt tot snelheid en geld, leven er mensen. Gekneld tussen de sloop van huizen voor hotel en restaurants beneden, en een invasie van onwetende bobo's, boven. Gekneld tussen de noodzaak van geld om te overleven en de gevangenis in dezelfde gemeente waar velen die de wet overtreden ontvangen worden. Maar uiteraard gaat dit verhaal niet enkel over Sint-Gillis, de logica en de verwoesting van het kapitaal zijn overal terug te vinden.

Focus op de Europese wijk, pal in Sint-Joost gelegen. Gemeente waar de meeste armen wonen, niet enkel van Brussel, maar van heel België. Europese wijk, waar de instellingen zich opstapelen, waar de rijken en de machtigen van over de hele Europese Unie samenkomen om te beslissen over het leven en de toekomst. Waar de vetzakken in maatpak elkaar ontmoeten met champagne en kaviaar om te beslissen hoeveel ze willen besparen. Brussel, hart van Europa, kruispunt van handelsrelaties, en politieke beslissingen. Vandaar al die hogesnelheidstreinen, dat spreekt voor zich. Het gespuis dat elkaar in Brussel ontmoet, heeft nood aan transport om er heen te gaan, en aan een zo hoog mogelijke snelheid. Natuurlijk wordt er niet gemaald om wat er onderweg verwoest wordt, deze maffia denkt enkel aan business en macht.

Maar het is niet alleen een kwestie van geld. Alle laptops en smartphones die gepikt worden rond het Zuid-station op een hoop en nog zullen we niet gelukkig zijn. Noch een kwestie van een specifieke ruimte, het gaat er niet over om het plaatsje dat ze ons tot nu toe in Brussel toelieten te verdedigen. Er is méér aan de hand. Het gaat ook over de manier waarop we in het leven staan, een manier die ons aan de hoge snelheidstrein doet denken, een manier die nodig is voor het verder draaien van deze machine die we zo verachten. Opgezweept door de tijd, opgejaagd doorheen de ruimte, met de gsm als ritme van de flexibiliteit en de controle. Het leven in stukken gekapt. Tien keer van gedaante verwisselen per dag omdat elke omgeving van ons een ander gedrag vereist. Vervreemd van de tijd, vervreemd van de ruimte, van onszelf en de anderen. Wanneer we strijden, aanvallen, de verantwoordelijken voor deze rotzooi in het gezicht spuwen, moeten we ook het experiment aangaan, het experiment van een ander leven. Want dit is hetgeen waarvoor we strijden: een ander leven.

Het is geen kwestie van seconden. Het komt er niet op aan sneller te zijn dan de trein die voor onze neus accelereert. Net als het belang niet ligt in de ruimtelijke afstanden die we steeds sneller en ten koste van alles wat er op de weg ligt kunnen overbruggen. Het nieuwe ligt niet verborgen in een citytrip tussendoor, maar zit verscholen als een mogelijkheid in onszelf. Als we de tijd overboord gooien, spannen we de ervaring zo lang uit als wij dat willen. Net als we met gesloten ogen het elders hierheen kunnen brengen.

Het komt erop aan dat we nieuwe mogelijkheden openbreken, die we kunnen verbinden met anderen, doorheen de tijd, en de ruimte. Het verleden en het elders sluipen binnen in het heden en het hier. Het komt erop aan offensief te zijn, met de glimlach, gewapend en vreugdevol. De subversie is het leven dat niet langer opgesloten en vastgeroest zit, maar een vrije ontdekking is.